Blog

Deze worsteling gun ik jou ook

Een paar maanden geleden schreef ik je over het leren van je tekst. Waarom je dat zou doen. Plus 9 tips om het voor elkaar te krijgen. Vandaag schrijf ik je opnieuw. Omdat ik weet dat het – zelfs met alle tips – een struikelblok blijft. Ik neem je daarom mee in mijn eigen proces. 

 

Jammie! Dit heerlijke gevoel ken je

Iemand schuift een doos handgemaakte bonbons onder je neus. Bijvoorbeeld deze. : )

Of je er eentje lust. Ha! Je tast met je ogen de vormen af. Leest op een kaartje welke vulling erin zit. Je maakt je een voorstelling van de smaak. Welke lonkt? 

Deze! Je pakt de bonbon. Kijkt nog een keer. Brengt ‘m naar je mond… 

Stop! 

Nog niet in je mond stoppen. Even wachten. Dit moment… vlak vóór je proeft. Hoe voel je je? 

 

Nou dat dus. Maar dan met een liedje

Begin februari. In mijn mappen kom ik een vergeten liedje tegen. Ik weet nog een paar regels. Die klinken meteen in mijn hoofd. Oh… wat heerlijk! Deze is handgemaakt.

Ik haal het liedje uit de map. Zet ‘m op de vleugel. Breng m’n vingers naar de toetsen… 

Stop! 

Nog niet spelen. Even wachten. Dit moment…. vlak vóór je speelt.  

Jij weet hoe ik me voel. ; )

 

Dit valt me tegen van je, Jo-Anne

Half februari. Ik ken het stuk voor geen meter. Hoe kan dat nou?! Ik had er superveel zin in. Maar ik zing alleen het stukje dat ik al ken. Verder doe ik niks. Waarom kom ik niet verder dan de eerste paar regels? 

Ik wil weten wat me tegenhoudt. Dus duik ik verder het lied in.

Bij couplet twee heb ik meteen commentaar: “Dit slaat nergens op! Wat een lelijke metafoor.” 

Hier heb ik niks mee. 

Wat een dooddoener, Jo-Anne! Gooi je de handdoek in de ring met zo’n slappe uitspraak? Nee toch zeker! Ik haal al mijn eigen tips en trucs uit de doos. En ga aan de slag.

 

Het bloed onder mijn nagels

Dan kom Johan naar beneden voor thee. 

J: Waar ben je mee bezig schat?

J-A: Ik leer een tekst. Het lukt niet. Ik wil weten waarom. Dan kan ik mijn leerlingen beter helpen.

Vindt ie leuk. Hij gaat er eens even lekker voor zitten. Oh nee, dit gaat lang duren…  

Hij begint de tekst te fileren. Geeft me allerlei tips. Wijst verbanden aan. Pfff…die had ik allang gezien hoor!

En dan stelt hij een Ergerlijke vraag. En als iets irritant met een hoofdletter is…  Dan valt er wat te halen. 

 

Dit advies wilde ik niet horen (maar gelukkig luisterde ik wel)

Johan vraagt: Kun je je oordeel opschorten? 

Mijn hoofd splitst in tweeën. Eén deel gaat er meteen boven staan: Ik heb geen oordeel. (Ahum…) Het andere deel roept heel hard: Nee! Want ik heb gewoon gelijk. Het is prut. 

Mijn ego zegt dus: de tekst moet buigen voor mij. 

Maar je raadt het al… Het is andersom. Ik moet buigen voor de tekst.

Laat ik dat stukje tekst waar ik ‘niks mee heb’ eens dichterbij halen. Mag het even rusten tegen mijn borst? Stel dat het mijn aandacht krijgt in plaats van mijn oordeel. Wat gebeurt er dan? 

 

Deze worsteling gun ik jou ook

Volgende maand laat ik je precies zien hoe ik werkte met mijn weerstand. En hoe die transformeerde.

Tot die tijd nodig ik je uit om zelf op onderzoek te gaan. Met de volgende vraag: 

Wat krijgt jouw oordeel, terwijl het je aandacht verdient? 

 

Liefs,
Jo-Anne